[Recentelijk heeft Kardinaal Burke een interview gegeven met The Wanderer. In dit interview gaat hij onder andere in over het mogelijke vervolg van de dubia. Het interview wordt in drie delen uitgegeven. Hieronder volgt een vertaling van de belangrijkste zaken van het tweede deel.]
In feite lijkt het alsof sommige interpretaties [van Amoris Laetitia] tegengesteld zijn aan wat er in paragraaf 1650 van de Cathechismus van de Katholieke Kerk wordt geleerd. Heeft u, in het licht van de huidige situatie, vandaag advies voor getrouwe bisschoppen, priesters, religieuzen en leken die naar duidelijkheid verlangen?
Mijn raad is eenvoudig. We weten wat de kerk leert en praktiseert. Het staat opgeschreven in de Catechismus van de Katholieke Kerk; Het is omvat in het constante Onderwijs van de Kerk. Dit is hetgeen waarvan we vasthouden dat het waar is. Sinds de publicatie van Amoris Laetitia vind ik dat de situatie verslechterd is. Ik reis vaak en waar ik ook ga vind ik altijd grote groepen van de gelovigen (ook priesters en zelfs Bisschoppen) die mij in vertrouwen nemen over deze situatie – ze zijn bijna wanhopig.
Ik zeg vaak dat priesters degenen zijn die het meest lijden. Zij zijn het die direct contact hebben met de gelovigen die hen aanpakken en hen vragen dingen te doen die ze gewoon niet kunnen doen. Wanneer geloofsgetrouwe priesters aan de mensen uitleggen waarom ze hun verzoeken niet kunnen nakomen, worden ze ervan beschuldigd dat ze tegen de Paus gaan, tegen deze zogenaamde nieuwe richting in de Kerk.
Dit leidt tot een ander onderwerp, waarover we in december 2015 spraken. Toen ik u een vraag stelde over mogelijke decentralisatie van de kerkelijke hiërarchische bestuurlijke structuur, benadrukte u dat er niets is “in de traditie van de Kerk die conferenties van Bisschoppen de bevoegdheid zou geven om beslissingen te nemen over pastorale praktijken die een verandering in de kerkelijke leer met zich zouden impliceren.”
Toch is het dat precies wat lijkt te gebeuren, zoals blijkt uit de vorige vraag. Wat betreft het huwelijk, bereiken we het punt waarop we een Kerk dreigen te hebben waar Katholieken letterlijk kunnen winkelen voor een locatie die het best bij hun wensen past. Is de kerk in gevaar van schisma tenzij de universele leerstellige discipline wordt hersteld?
Dit is precies wat er aan de hand is. Bisschoppen vertellen me dat mensen gewoon hun leringen verwerpen wanneer ze wijzen op de authentieke kerkelijke leer met betrekking tot onregelmatige huwelijksbonden. Ze zeggen dat een andere bisschop anders leert en ze kiezen ervoor om hem te volgen.
De reactie van de Aartsbisschop van Malta was schokkerend: toen hij kritiek kreeg op het twijfelachtige document dat de bisschoppen van Malta over Amoris Laetitia gepubliceerd hadden, zei hij dat ze de leer van Paus Franciscus volgen en niet van andere Pausen. Hoe kan dat? De Pausen moeten allemaal het ene ware Katholieke Geloof verkondigen en er gehoorzaam aan zijn. Als dat niet het geval is, moeten ze afgezet worden, zoals in het geval van Paus Honorius. Wat ze zeggen is dus gewoon niet mogelijk.
Mensen praten over een schisma in de praktijk. Ik ben absoluut tegen elke vorm van een formeel schisma – een schisma kan nooit goed zijn. Mensen kunnen echter in een schismatische situatie leven als de leer van Christus verlaten is. Het meest geschikte woord zou het woord zijn dat Onze-Lieve-Vrouw gebruikt in haar bericht van Fatima: apostasie. Er kan afvalligheid zijn in de Kerk, en dit is feitelijk wat er aan de hand is. In verband met de apostasie, heeft Onze-Lieve-Vrouw ook gewezen op het falen van de herders om de Kerk tot eenheid te brengen.
Zonder te spreken over de timing, kunt U uitleggen hoe het proces voor de uitvoering van een ‘formele correctie’ verder zou gaan, als er geen antwoord op de vijf dubia zou komen? Hoe wordt een formele correctie officieel ingediend, hoe wordt het aangepakt in de kerkelijke hiërarchie?
Het proces is niet vaak aangevoerd in de Kerk, en het is nu al enkele eeuwen geleden. Er is de correctie van Heilige Vaders geweest in het verleden op belangrijke punten, maar niet op een doctrinaire manier. Het lijkt me dat de essentie van de correctie vrij simpel is. Enerzijds stelt men de duidelijke leer van de kerk voor, aan de andere kant wat er door de Paus wordt geleerd. Als er een tegenstrijdigheid is, wordt de Paus opgeroepen om zijn eigen leer in overeenstemming te brengen met het Magisterium van de Kerk in gehoorzaamheid aan Christus.
De vraag wordt gesteld: Hoe kan dit gedaan worden? Het gebeurt heel eenvoudig met een formele verklaring waarop de Heilige Vader verplicht zou zijn om te reageren. Kardinalen Brandmüller, Caffarra, Meisner en ik hebben een oude manier in de Kerk gebruikt om de dubia aan de Paus voor te leggen. Dit werd op een zeer respectvolle manier gedaan en we zijn op geen enkele manier agressief geweest om hem de gelegenheid te geven de onveranderlijke leer van de Kerk uiteen te zetten. Paus Franciscus heeft ervoor gekozen om niet te reageren op de vijf dubia, dus het is nu slechts nodig om te vermelden wat de Kerk leert over huwelijk, familie, handelingen die intrinsiek kwaad zijn,… Dit zijn de punten die niet duidelijk zijn in de huidige leringen van de Paus; daarom moet deze situatie worden gecorrigeerd. De correctie zou zich derhalve hoofdzakelijk richten op deze leerstellige punten.
De volgende stap zou dus een formeel verklaring zijn, waarin de duidelijke leerstellingen van de Kerk worden opgesomd zoals ze uiteengezet zijn in de dubia. Bovendien zou er gesteld worden dat deze geloofswaarheden niet duidelijk door de Paus worden uiteengezet. Met andere woorden, in plaats van de vragen te stellen zoals in de dubia gebeurd is, zou de formele correctie de antwoorden geven, zoals ze duidelijk geleerd worden door de Kerk.
Gedurende zijn ambtstermijn als de Prefect van de Congregatie voor de Geloofsleer was Gerhard Kardinaal Müller een vaste verdediger van de stelling dat de verwarrende uitspraken in Amoris Laetitia moeten worden geïnterpreteerd in overeenstemming met de traditionele leer van de Kerk over de ontvangst van de Heilige Communie door burgerlijk gescheiden en hertrouwde Katholieken. Denkt U dat het mogelijk is dat er een ommekeer komt in deze leer van de Congregatie nu hij niet herbenoemd is als Prefect?
Het is onmogelijk voor de Congregatie van de Geloofsleer om iets anders te verklaren. Als ze het deed, zou ze uit de gemeenschap met de Kerk zijn. Wat kardinaal Müller heeft uiteengezet is exact wat de Kerk altijd al heeft geleerd. Recent nog heeft paragraaf 84 van de apostolische exhortatie Familiaris Consortio van Johannes Paulus II de constante leer van de Kerk bevestigd. Dat soort van ommekeer is dus simpelweg niet mogelijk.
Er zijn verschillende onbevestigde meldingen geweest die suggereerden dat er een “geheime commissie” is opgericht in Rome om de leerstellingen over contraceptie in de Encycliek Humanae Vitae van Paulus VI opnieuw te onderzoeken. Kan dit bevestigd worden? Is het niet de onfeilbare en onveranderlijke leer van de Kerk dat het intrinsiek ongeordend is om de verbindende en procreatieve aspecten van de huwelijksdaad te scheiden?
Ik kan niet rechtstreeks over de situatie spreken, want niemand die lid is van een dergelijke commissie heeft mij er iets over gezegd. Ik heb echter van een aantal ernstige en goed geïnformeerde mensen gehoord dat er al een dergelijke commissie is opgericht en dat de leden van die commissie aan het werk zijn. Het is dus volgens mij geloofwaardig.
Tegelijkertijd is het inderdaad waar dat het de onfeilbare leer van de Kerk is dat contraceptie intrinsiek ongeordend is en dat het scheiden van de verbindende en procreatieve aspecten van de huwelijksdaad altijd en overal verkeerd is. Als deze leer niet gehandhaafd wordt, is er niet alleen een inbreuk op de huwelijksact in haar essentie, maar er zou dan een opening komen voor allerlei immorele activiteiten, terwijl mensen de zondige genitale daden zouden rechtvaardigen. Ik noem ze “genitale daden” in plaats van seksuele daden omdat ze de verbindende en procreatieve aspecten van de huwelijksdaad niet respecteren. Dit is bijvoorbeeld wanneer twee mensen van hetzelfde geslacht hun genitale activiteit rechtvaardigen: ze rechtvaardigen hun immoreel gedrag door te zeggen dat ze “van elkaar houden” en daarom maakt het er niet toe dat hun acties niet voortplantend zijn. Daarna worden mensen betrokken bij verdere ernstig immorele activiteiten in een poging om kinderen te krijgen als een product van hun zogenaamde liefde. Op dezelfde manier is dit ook de rechtvaardiging die gebruikt wordt voor eenzame handelingen waarbij onze seksuele organen betrokken zijn. Dit kan natuurlijk ook niet goed zijn.
Velen lijken vandaag ‘barmhartigheid’ te begrijpen tolerantie van het morele kwade lijken het ondraaglijk veroordelend te vinden om de handelingen van anderen als ‘zondig’ te karakteriseren. Toch weten we dat genade nooit van de waarheid kan worden gescheiden. Hoe kunnen we effectieve kampioenen zijn van een ‘discriminerende barmhartigheid’? Is berouw een voorwaarde voor genade?
Toen ik een kind was, werd er mij geleerd om van de zondaar houden, maar de zonde te haten. Het feit dat deze waarheid niet begrepen wordt, is de bron van de verwarring die we vandaag zien. Mensen denken verkeerdelijk dat ze bij het identificeren van bepaalde handelingen als zondig haat uitdrukken voor de mensen die deze daden plegen. In werkelijkheid spreken ze de grootst mogelijke liefde voor hen uit. Met andere woorden, als iemand echt een andere persoon liefheeft en als die persoon daden pleegt die zijn of haar eeuwige verlossing in gevaar stelt, is hij verplicht iets te zeggen om die persoon te helpen de zondige daad achter zich te laten en zijn of haar leven te hervormen.
Het is een beetje zoals ouders die hun kinderen willen opvoeden. Ik kan het me nog steeds herinneren dat ik het niet leuk vond als mijn ouders me als kind corrigeerden als ik dingen deed die verkeerd waren. Nu, als volwassen, kan ik heel duidelijk zien waarom ik gecorrigeerd werd. Als ouders hun kinderen corrigeren, lopen de kinderen vaak uit de kamer en zeggen: “Ik haat je.” Later zijn ze hun ouders zeer dankbaar, omdat ze hen geholpen hebben om een deugdzaam persoon te worden.
‘Discriminerende genade’ is een uitstekende manier om dit te beschrijven: het onderscheid maken tussen de zonde en de zondaar. Een uitdrukking van de liefde naar de zondaar maakt het heel duidelijk dat de zonde die hij of zij begaat absoluut afstotend is en gestopt moet worden. Toch is er de neiging om te reageren met een vals begrip van barmhartigheid.
Als we ons niet bewust zijn van onze zonde en er geen berouw over hebben, wat betekent het dan om Gods genade te vragen? Waarom vragen we Gods genade als we niet hebben gezondigd? Zo simpel is het. Anders is genade een zinloze term. We moeten toegeven dat de zonde die we hebben gedaan verkeerd is, er schuld voor voelen en Gods Barmhartigheid vragen.
Interview met Kardinaal Burke in The Wanderer: Discriminating Mercy: Defending Christ And His Church With True Love.
Vertaling van Hiëronymus Saepinus voor het Katholiek Forum
Het is veelbetekenend dat de dubia-kardinalen steun vinden bij kardinaal Müller.