Het volstaat om een foto te publiceren van Benedictus XVI, gezeten naast Mgr. Melina, een van de vooraanstaande figuren van het Instituut J-P II van de Familie, die heel onlangs de laan werd uitgestuurd, samen met vrijwel het hele professorenkorps van dat instituut, of de hel barst los. Onmiddellijk zet zich een heel leger van journalisten en progressieve theologen in beweging om de “vijanden” van Franciscus aan te klagen en de paus-emeritus, die het aandurft hun idool te trotseren, terecht te wijzen. Iedereen, die het aandurft het beleid van dit pontificaat in twijfel te trekken, wordt onmiddellijk als “vijand van de Paus” bestempeld.
Er bestaat aan het hoofd van de Kerk een revolutionaire beweging, die iedereen die haar dwarsboomt, als “vijand van de Paus” bestempelt, om zodoende haar macht te bestendigen. Het geval van het Pauselijk Instituut J-P II is hier een schoolvoorbeeld van, maar het is zeker niet het enige. In feite gaat het echte conflict niet tussen degenen die voor of tegen de Paus zijn, maar tussen degenen die willen leven en getuigen van de Waarheid en zij die een nieuwe Kerk willen oprichten volgens hedendaagse menselijke maatstaven.
Om haar macht bevestigd te zien, heeft iedere revolutie nood aan gefantaseerde contra-revolutionairen, die uitgeschakeld moeten worden. Zo kan zij haar ijzeren hand rechtvaardigen en weet zij het volk rond de overwinnaars te scharen. Zo slaagt zij er ook in iedereen die in het openbaar zijn protest wil laten gelden, de mond te snoeren. Het is zo gegaan in de Franse revolutie, met Robespierre, het was zo in de revolutie van de bolsjevieken en tijdens de hele periode van de Sovjet-Unie, waar iedereen die afweek van de partijlijn, al was hij ook een zo trouwe partijgenoot, in de vergeetput eindigde. Het is nu nog het geval in China. Iedereen die kritiek heeft op de president (en op de belangen van “zijn ” vertrouwelingen), is een reactionaire spion, die gegarandeerd een kaartje krijgt voor een ietwat mysterieuze bestemming. Een ander kenmerk van revolutionaire bewegingen is de overwinning van de revolutie te beschouwen als het begin van een nieuw tijdperk, met de invoering van nieuwe woorden en begrippen tot gevolg.
Dit fenomeen heeft zich nu van de Kerk meester gemaakt. Rond Franciscus heeft zich een “revolutionaire” beweging genesteld, waarvan de kiem wellicht reeds eerder gelegd was (de maffia van Sint-Gallen, met daarin onze “minzame ” Danneels…). Deze beweging beschouwt het huidige pontificaat als het begin van een nieuw tijdperk; zij spreekt niet meer van Katholieke kerk, maar van Kerk van Franciscus; zij weet de documenten van de Paus voor te stellen als de grondwet van een nieuwe Kerk en zij veroordeelt willekeurig al degenen die zich beroepen op de fundamentele waarheid van de Katholieke Kerk: de noodzakelijke en onverbreekbare band van het magisterium van de Paus – dus ook dat van Franciscus – met de Apostolische Traditie.
De vier kardinalen die de Dubia tekenden , omdat zij hun twijfels over de verwarring die in de Kerk verspreid werd door de verschillende en soms tegenstrijdige interpretaties van Amoris Laetitia niet langer konden verzwijgen, werden door de journalisten en de progressieve theologen onmiddellijk als vijanden van de Paus bestempeld. Zij werden paria’s, aan wie het recht ontnomen wordt een mening te hebben.
Het probleem is niet allen gelinkt aan” Amoris Laetitia”. Wat gebeurt met “Laudatio Si” is nog veel erger. Hier werd een wetenschappelijke hypothese, waarover veel gesproken wordt en waarover veel onenigheid bestaat, verheven tot dogma , met de banvloek tot gevolg voor al diegenen die haar in vraag stellen. Vanzelfsprekend wordt iemand die kritiek heeft op de theorie volgens dewelke de menselijke activiteit de voornaamste oorzaak is van de klimaatopwarming, die zogezegd onomkeerbaar is (met de meest fantasierijke catastrofale gevolgen daaraan verbonden), om die reden alleen al een vijand van de Paus, een contra-revolutionair. Sommigen hebben zelfs beweerd dat degenen die kritiek hebben op Greta, de authistische Zweedse, die het symbool geworden is van de strijd tegen de klimaatopwarming, in feite Franciscus willen treffen. Eigenlijk zou men ermee moeten lachen, ware het niet dat het zo verschrikkelijk ernstig is. Hallucinant, hoe laag de Katholieke Kerk op korte tijd gevallen is…
Franciscus werkt spijtig genoeg zelf mee aan dit syndroom van de verzonnen vijanden van de Paus. Om die reden heeft hij zich vastgereden in de zaak van de Chileense bisschoppen en herhaalt hij nu dezelfde vergissing met zijn andere “vrienden”, met name kardinaal Marradiaga en de Argentijnse bisschop Zanchetta. Bergoglio is er vast van overtuigd dat de beschuldigingen geuit aan het adres van zijn vrienden eigenlijk hemzelf willen treffen. Hij weigert bijgevolg in overweging te nemen of die beschuldigingen wel of niet gegrond zijn, met alle onvermijdelijke en bittere verrassingen tot gevolg.
Door elk debat terug te brengen tot een stellingname voor of tegen de Paus, wordt de Revolutie natuurlijk versterkt en zij wordt nog in de hand gewerkt door het zwijgen van al diegenen die zich goed bewust zijn van wat er gebeurt, maar die er de voorkeur aan geven braafjes het hoofd te schudden of zich te plooien voor het vijandige kamp, in plaats van te kiezen voor het vuurpeloton.
Niet voor niets gebruiken de ” revolutionairen” ook voor de Kerk categorieën die alleen maar politiek en werelds zijn: de Paus wordt behandeld als een staatshoofd, of beter nog, als de leider van een eenheidspartij die alle macht heeft en die dus het recht heeft te beslissen wat zij wil en zoals zij het wil. Dit heeft niets meer met Katholiek te maken; van nature uit is er in de Kerk geen plaats voor omwentelingen of revoluties, alleen maar voor evoluties in de continuïteit.
Als men dit criterium hanteert om de gebeurtenissen te analyseren, dan begrijpt men de ernst van wat aan het hoofd van de Kerk gaande is .De valse vrienden van de Paus moeten ontmaskerd worden. Vraag is of hij dat zelf wil.
Deze paus is de kerk zo aan het uithollen dat er geen echte kerk niet meer is. Volgens mijn bescheiden mening is het één van de slechtste pausen sinds de middeleeuwen en dat wil al wat zeggen. Dus ik verwacht nog grote veranderingen.
Mijnheer Willy, weet u dan nu nog niet dat deze man die zich ‘paus Fransiscus’ laat noemen geen paus is? Men erkent de boom aan de vrucht. Het is onmogelijk voor iemand die zijn ziel lief heeft om deze bedrieger ‘paus’ ten noemen. Ik kan ook die witte kleren aantrekken, maar daarom ben ik nog geen ‘paus’. Onderzoekt alles verwerp het slechte en behoudt het goede, leert ons Sint Paulus.
Citaat: ‘Wat gebeurt met “Laudatio Si” is nog veel erger. Hier werd een wetenschappelijke hypothese, waarover veel gesproken wordt en waarover veel onenigheid bestaat, verheven tot dogma , met de banvloek tot gevolg voor al diegenen die haar in vraag stellen.’
U gebruikt het woord “dogma” hier als hyperbool. Dat is een gangbaar stijlfiguur, maar binnen deze context wat minder geschikt.
Franciscus sluit zich als persoon aan bij het paradigma dat gedeeld wordt door alle wetenschappers die werken voor politieke organisaties zoals het IPCC, of die subsidie krijgen om over klimaatverandering te publiceren.
Maar hij heeft in katholieke zin *geen* dogma afgekondigd. De paus kan alleen een dogma afkondigen als hij met apostolisch gezag verplichtend een definitief leerstuk inzake het katholiek geloof en de katholieke zeden vaststelt.
Een uitspraak van een paus over het klimaat of over de economie kan dus nooit een dogma zijn, ook niet als hij zich uitdrukkelijk op zijn apostolisch gezag zou beroepen.
Hier zie je een van de aspecten van het secundo-vaticanisme dan wel novus-ordoisme: namelijk dat de uitspraken van pausen in het verleden (voor Vaticaan-II) in hun context gezet moeten worden, opnieuw geinterpreteerd moeten worden, of domweg genegeerd mogen worden, maar dat aan elk woord van de huidige paus een ontzettend grote betekenis moet worden toegekend.
Helaas heeft dit ook invloed op geestelijken die buiten de traditie staan, maar nog wel katholiek zijn. Zij beroepen zich vaak op een of andere recente uitspraak van Franciscus om daar vervolgens een eigen verhaal aan op te hangen.
Hoeveel mannen en gezinnen zouden er trouwens weer naar de Kerk terugkomen, als alle verwijfde linkse activisten en oordeel-niet-betuttelaars onder de geestelijken een toontje lager zouden gaan zingen?
Als het zout smakeloos wordt, waarmee zal het dan gezouden wouten? Het deugt nergens meer toe, dan om buiten geworpen en door de mensen vertreden te worden. (Mattheus 5:13)