Paus Franciscus heeft Magnum Principium gepubliceerd: een nieuw motu proprio waarin bisschoppenconferenties meer controle krijgen over de vertaling van liturgische teksten.
Tot op vandaag heeft Canon 838 van het Canoniek Recht verklaard dat “De beslissingen over de heilige liturgie uitsluitend afhangen van het gezag van de Apostolische Stoel en, volgens de norm van de wet, van de diocesane Bisschop.”
In de tweede alinea werd gezegd dat het de taak was “van de Apostolische Stoel om de heilige liturgie van de universele Kerk te ordenen, liturgische boeken te publiceren, vertalingen in de volkstaal na te kijken, en erop te waken dat de liturgische voorschriften getrouw worden waargenomen.”
Volgens de nieuwe formulering heeft de Apostolische Stoel de taak om “de goedgekeurde aanpassingen te bekijken volgens de wet van de bisschopsconferentie, evenals om ervoor te zorgen dat liturgische normen overal trouw worden waargenomen.”
Met andere woorden, de Curie heeft niet meer de macht om goedkeuring te geven aan de vertalingen van de bisschopsconferenties, ze mogen ze nog slechts inkijken.
Het motu proprio vraagt aan de bischopsconferenties om “getrouw” liturgische boeken in de lokale taal op te stellen, die op de juiste wijze moeten worden aangepast binnen de gedefinieerde grenzen en die gepubliceerd worden “na de bevestiging van de Heilige Stoel”.
[Voor de volledigheid geef ik hieronder de tekst van de bewuste canon 838 eerst in de ongewijzigde versie en dan de tekst na de wijzigingen van het motu proprio. (bron: Rorate Caeli)]
§2. Apostolicae Sedis est sacram liturgiam Ecclesiae universae ordinare, libros liturgicos edere eorumque versiones in linguas vernaculas recognoscere, necnon advigilare ut ordinationes liturgicae ubique fideliter observentur.
§3. Ad Episcoporum conferentias spectat versiones librorum liturgicorum in linguas vernaculas, convenienter intra limites in ipsis libris liturgicis definitos aptatas, parare, easque edere, praevia recognitione Sanctae Sedis.
§2. Apostolicae Sedis est sacram liturgiam Ecclesiae universae ordinare, libros liturgicos edere, aptationes, ad normam iuris a conferentia Episcoporum approbatas, recognoscere, necnon advigiliare ut ordinationes liturgicae ubique fideliter observentur.
§ 3. Ad Episcoporum Conferentias spectat versions librorum liturgicorum in linguas vernaculas fideliter et convenienter intra limites definitos accommodatas parare et approbare atquae libros liturgicos, pro regionibus ad quas pertinent, post confirmationem Apostolicae Sedis edere.
[Het grote verschil is dus dat nu de bisschoppenconferenties zelf de vertalingen kunnen goedkeuren, en dan kunnen ze na bevestiging door de H. Stoel uitgegeven worden. De bisschoppenconferenties krijgen dan ook veel meer vrijheid hierin.
Het is maar zeer de vraag of dit goed is. Het debacle van de dubieuze vertaling van het Onze Vader in het Nederlands zit nog vers in ons geheugen. Nu krijgen de bisschoppenconferenties de macht om dit met de hele liturgie te doen. Het is maar de vraag waar dit gaat eindigen.
Als we nog kritischer zijn, kunnen we ons echter ook afvragen of dit geen natuurlijke consequentie is van het openstellen van de liturgie in de volkstaal. Het lijkt me quasi onmogelijk dit centraal te controleren. Dan zijn er drie opties: het idee van liturgie in de volkstaal helemaal laten varen, het idee beperken tot een zeer beperkte groep talen (maar wie gaat bepalen de welke?), of, wat er gebeurt, de controle op de vertalingen decentraliseren, met alle risico die dat met zich meebrengt.]
Hopelijk laat de paus op deze manier het liturgisch Novus-Ordo gefantaseer dusdanig in de modder vastlopen dat de nieuwe generaties er vanzelf genoeg van krijgen en een universele traditionele liturgie zullen bevorderen.
Het is wel zorgwekkend dat Bergoglio eerst alle leden van de congregatie voor de eredienst zonder reden ontslagen heeft en nu met zoiets op de proppen komt. Ik zie niet hoe dit de eenheid van de Kerk zou moeten bevorderen of welk goed dit sowieso dient. In tegendeel, net zoals met de wisselende interpretaties van Amoris tireliria zal elke bisschoppenconferentie nu zijn eigen liturgisch scenario kunnen fantaseren, al naar gelang de goesting van de plaatselijke modernistenkliek. Het concilie van Trente geldt niet meer zeker? Nieje, da’s al zoe laang geleje.
Wat is er eigenlijk nog katholiek aan deze paus?
De novus ordo ritus is vanuit zichzelf gebonden om te imploderen, en het nieuw motu proprio vervolledigt die implosie, want de ritus staat op het punt om de laatste stukjes schijn van uniteit te verliezen die het heeft. De verdelingspraxis rondom “Amoris Laetitia” (Polen versus Duitsland etc. etc.) past Paus Franciscus heden ook toe op de novus ordo liturgie, de gebedsexpressie van het liberaalkatholicisme, waardoor er hoogstwaarschijnlijk opnieuw grotere liturgische conflicten zullen oplaaien en waardoor het einde van de nieuwe ritus bespoedigd wordt.
Ik hoop dat vele serieuze mensen die op Zondag naar de Mis gaan nu mogen inzien dat zij van de novus ordo ritus moeten wegblijven en exclusief naar de traditionele Mis moeten gaan. Uiteindelijk zal die wederom in alle Latijnse kerken hersteld worden door de Goddelijke Voorzienigheid.
Naar mijn aanvoelen horen we ritus en taal van elkaar gescheiden te houden. Latijn is één zaak, de overgeleverde gebeden en gebaren een andere. Op dat vlak had mgr. Lefebvre een veel evenwichtiger houding: hij meende dat je beter de oude mis in de volkstaal kon celebreren dan de nieuwe mis in het Latijn. Hiermee gaf hij duidelijk te kennen dat de noodzaak tot een herstel van de overgeleverde liturgie geen strijd om het Latijn is. Wel om de articulatie van ons geloof.
Had het geen kwaad gekund om het Latijn aan de kant te schuiven, dan zouden zo vele pausen doorheen de geschiedenis er niet op gehamerd hebben om de gewijde taal te behouden. Sint Isidorus van Sevilla zei ook terecht dat het Latijn één van de drie talen is die op het Kruis geconsacreerd werden door het Bloed van Christus, de andere twee zijnde het Hebreeuws en het Grieks. In deze drie talen stond immers het opschrift: “Jezus Nazarenus, Koning der Judeeërs”. Daardoor, en door het voortdurende gebruik in de Kerk van Rome doorheen de tijden, is het Latijn een soort van sacramentalie, en het getuigenis van priesters exorcisten, dat de duivel een afschrik heeft voor het Latijn, komt daar volledig mee overeen.
Gedenk ook dat het novusordoïsme haar drang naar de volkstaal ontleend heeft aan Luther.
Wat dit nieuw motu proprio als gevolg heeft gaat echter verder dan de conflicten betreffende de liturgische taal. Bekijk eens §2. Daar staat zelfs niet expliciet dat de macht die aan de bisschoppenconferenties gegeven wordt beperkt blijft tot vertalingen, en die passage kan dan ook potentieel geëxploiteerd worden om plaatselijk doe-het-zelfliturgieën te creëren. Dat gebeurt, zoals wij weten, al op vele plaatsen, maar nu zal er mogelijk deze canon voor geciteerd worden. Het is maar de vraag op welke liturgische creaturen van bisschoppenconferenties Paus Franciscus zijn stempel dan gaat zetten, en aan dewelken hij het zal weigeren. Zijn liturgische ‘fratsen’ die hij gewrocht heeft voordat hij de Stoel van Petrus beklommen is geven daar waarschijnlijk enigszins een beeld op.
De novus ordo ritus, echter, is van in het begin gebonden geweest om te imploderen en te verdwijnen, en dat zal werkelijkheid worden op het moment dat God bepaald heeft. De Paus heeft zonet het proces versneld, misschien zonder het zelf te beseffen. Misschien denkt hij, zoals een typische soixante-huitard, dat hij op deze manier jong volk in de kerken krijgt… Sed contra!
Latijn is geen heilige taal, Grieks of Hebreeuws evenmin. De apostelen verkondigden immers het evangelie in de taal van de mensen. Of het nu Aramees, Latijn, Grieks of welke andere taal dan ook. Daarnaast volgde de liturgie aanvankelijk ook in het Westen de volkstaal. In Rome gebruikten de vroege christenen niet zelden Grieks, want dat was onder hen de lingua franca. In Noord-Afrika was dat het Latijn. En dus was Latijn er de taal van de liturgie. Net zo in het Oosten waar de gewijde handelingen in zovele talen werden gehouden. Aramees, Syrisch, Armeens, Slavisch… Allemaal heel lang voor Luther.
De bisschoppenconferenties belemmeren het monarchaal gezag van plaatselijke bisschoppen en het universeel monarchaal gezag van de Paus van Rome, en het is dan ook zeer wenselijk dat die conferenties afgeschaft worden.
§2 en §3 lijken op de inhoud van een Napoleontisch afgedwongen concordaat.
Enkele spellingsfouten in de tekst: “Versions” is in correct Latijn “versiones”, en “advigiliare” is “advigilare”. De fouten zijn overgenomen van de Rorate Caeli blog.
Toch vrij merkwaardig dat de stap naar de volkstaal zonder al te veel moeite bij de oosterse christenen wordt gezet, ongeacht of het nu om orthodoxen of katholieken gaat. In de orthodoxe parochies van Gent, Brugge en Pervijze wordt de mis (alsook andere diensten als de vespers) zo goed als volledig in de volkstaal opgedragen. De orthodoxe Kerk kent het centralistisch denken niet dat zo eigen is aan de ultramontaanse vormgeving van de katholieke Kerk. En toch zijn de vertalingen bij de oosterse christenen getrouw. Dan moet men zich toch de vraag stellen waar het probleem ligt. Alvast niet bij de invoering van de volkstaal. Wel schuilt er achter heel de beweging in de katholieke Kerk een ander objectief. Men moet het probleem leren situeren waar het zit.
Beste Jan. In de Orthodoxie spreekt men van de Heilige Liturgie en aan iets heiligs morrelt men niet. Dat hebben de Orthodoxen altijd begrepen wat ik in hen ook hogelijk waardeer. Dit in tegenstelling tot de Roomse Kerk waar men tijdens Vaticanum II onder invloed van het modernisme en buiten de wil van de concilievaders om de liturgie in moordend tempo is gaan verbouwen naar eigen en tijdsgebonden inzicht .Het motief is dus het modernistische gedachtengoed dat hopelijk met deze generatie uitsterft maar voorlopig nog heerst in de Rooms Katholieke Kerk. Men beseft niet dat spelen met de liturgie het zelfde is als spelen met Onze Lieve Heer zijn voeten.
Inderdaad! In de orthodoxe Kerk leeft het besef nog heel sterk dat de liturgie een overgeleverde schat is die uitdrukking geeft aan het geloof. Wie aan de liturgie raakt, raakt aan het geloof. De band wordt daar nog steeds heel innig aangevoeld, door geestelijkheid als gelovigen. Misschien is dat laatste een bijzonder belangrijke factor die we in de katholieke Kerk zijn kwijtgeraakt. Geestelijkheid als gelovigen vormen de Kerk. Niet enkel de geestelijkheid. Hierdoor gaan de orthodoxen ervan uit dat ook de gelovigen hun verantwoordelijkheid dragen en dat liturgie niet enkel iets is van en voor een beperkte groep geestelijken. Liturgie als exclusief terrein van de paus doet bij hen dan ook de wenkbrauwen fronsen. Misschien moeten we daar eens over nadenken. Door een toenemende centralisatie – nog versneld sedert Trente en Vaticanum I – ligt alle macht over de liturgie bij de paus. Dan is het niet verwonderlijk dat we uiteindelijk aankomen bij een Paulus VI die meende dat de als hoogste macht in het liturgisch handelen heel ingrijpend kon optreden.
Wat Bergoglio als hoofd van het Centrale Leergezag hier doet is dé-centraliseren. Overigens roept dit ook associaties op met de bouw van de toren van Babel. Als tegenhanger hierop had Jezus eertijds kunnen profeteren: “Gij zijt Petrus en op deze steenrots zal ik mijn Kerk bouwen met een toren waarvan de spits tot in de hemel reikt, en de poorten der hel zullen geen spraakverwarring brengen”. Maar zie, de vijand heeft als onkruid tussen de tarwe toch verdeeldheid weten te zaaien, want men spreekt niet langer als uit één mond één taal.
Eenheid van geloof hoeft geen liturgische uniformiteit te betekenen. De Kerk kent van oudsher een veelheid aan riten. Zelfs binnen de Latijnse ritus, waar kloosterorden bijvoorbeeld hun liturgische eigenheden kenden (of hier en daar nog kennen).
Er is sinds de reformatie sprake van een blijvende verdeeldheid binnen het christendom als geheel, en sindsdien bouwen christenen (=katholieken+protestanten) dan ook niet meer met vereende krachten aan een toren:
“Als iemand van u een toren wil bouwen, zal hij er dan niet eerst voor gaan zitten om een begroting te maken, of hij wel genoeg bezit om hem te voltooien? Anders zou het hem kunnen overkomen, als hij de fundering heeft gelegd en niet in staat is het werk tot een einde te brengen, dat allen die het zien hem gaan bespotten en zeggen: Die man begon te bouwen maar hij was niet in staat het einde te halen” (Luc.28-30).
Het is dan ook niet moeilijk na te rekenen dat je voor het bouwen van één (wereld)Kerk met een toren waarvan de spits tot in de hemel reikt, je alle bouwstenen nodig hebt om dit plan volledig te kunnen uitvoeren, want daarvoor is toch echt een gemeenschappelijke christelijke investering nodig. Voor het moderne verdeelde christendom (en niet te vergeten ook de huidige verdeeldheid binnen katholieke en protestantse kringen zelf) is de bouw van de toren van Babel dan ook een veelzeggende gelijkenis geworden, want geen huis of rijk dat innerlijk verdeeld is kan stand houden.
NB. (Luc.14,28-30)
Dan lijkt u ervan uit te gaan dat de volheid niet te vinden is in de katholieke Kerk. Dat getuigt toch niet onmiddellijk van de traditionele ecclesiologie, maar neigt sterk naar de theologie die onder anglicanen werd ontwikkeld, nl. de zogenaamde “Branch Theory”. Hierbij gaat men ervanuit dat de volheid van de Kerk te vinden is in het geheel (of een reeks) van de christelijke gemeenschappen, ook al zijn ze gescheiden door leerstellige en liturgische verschillen.
Als de vijand onkruid tussen de tarwe zaait dan is er niet meer sprake van ‘volheid’ maar raakt de akker overvol. Of men zou ook kunnen zeggen dat de vijand verkeerde bouwinstructies aan het oorspronkelijke bouwplan van de toren toevoegt waardoor de bouwlieden in verwarring geraken en door de bomen het bos niet meer zien, met als gevolg dat verschillende bouwlieden verschillende torens zijn gaan bouwen in plaats van alle bouwlieden één grote die tot in de hemel reikt. Denk trouwens in dit verband ook nog maar even aan 1 Kor.13, waarin Paulus ons de onvolmaaktheid (en ontoereikendheid) van ons kennen en profeteren voorspiegelt: ons beeld van de Gods volheid is op zijn best slechts wazig.
Dan twijfelt u aan het schriftwoord van de Heer waarin Hij Zijn Kerk bijstand tot op het einde der tijden heeft beloofd. Dan twijfelt u eveneens aan Zijn belofte tot het zenden van de H. Geest. Dit is een belofte aan de Kerk, niet aan iedere individuele gelovige. Ik heb de indruk dat u dat laatste niet echt inziet.
“Dan lijkt u ervan uit te gaan…”, “Dan twijfelt u aan…”
Nee en nogmaals nee.
Ik val nu wel in herhaling, maar ook de geest van dwaling die er vanaf het begin was zal er tot aan het eind zijn, zoals de gelijkenis van het onkruid tussen de tarwe ons leert (Mat.13,24-30).
Men gaf eerst leken meer vrijheid met teksten in liederen (Jongerenkoren). Daarna kwam door dezelfde koren meer inbreng in de H. Mis. Zolang de H. Mis nog nagekeken werd door een R.K. Priester ging het nog vrij goed. Maar later kregen ze nog meer de vrije hand en werd het soms minder of niet goed nagekeken. Het hing ook van de priester en/of pastoraal werker af of hij zelf behoudend was of niet. Hierdoor veranderden langzaam, maar zeker meer inhoud van de H. Mis tot in het Eucharistisch Gebed aan toe. Men liet dingen weg en/of voegden wat toe. Nu worden in lekenvieringen soms vertalingen van een Bijbel gebruikt die niet goedgekeurd zijn. Dit is een trend van de laatste jaren dat er dus nu valse Bijbelvertalingen bestaan en dat met de Nieuwste Bijbelvertalingen. Dit zal nog meer verdeeldheid geven dan er nu al is. Daarom zullen de gezinnen juist in geloofsopvattingen op een gegeven moment splijten, dat al is voorspeld in de Bijbel betreffende de Eindtijd. De een staat op een gegeven moment tegen de ander binnen één gezin. Matt. 24/Lucas 21. En volgens mij gebeurt dit hier en daar al en wordt het straks nog veel erger. De verandering van het Onze Vader versnelt dit waarschijnlijk, zeker als ze het in andere landen ook zo anders gaan vertalen.
Met name het jonge christendom uit de begintijd heeft veel gezinnen gespleten. Tegenwoordig is er vaak juist meer onverschilligheid en lauwheid.
Jezus leert ons nochtans om elkaar te versterken in het geloof. Geloof is geen zaak van de Einzelgänger.
… Ik hoop dat er door de bisschoppenconferenties geen teloorgang komt van de liturgische teksten, mogelijk onder druk van mensen die vinden dat bijna iedere huidige liturgische tekst “te moeilijk” is.
… Volgens mij is de beste taal die we in de liturgie kunnen gebruiken : de taal die we kennen door de Bijbel en het Evangelie. En we moeten niet verwachten dat we elk woord volledig kunnen uitleggen, want goddelijke zaken kunnen we als stervelingen nooit helemaal begrijpen. “Als we het begrijpen, is het God niet” zei kerkvader Augustinus.
Liturgie – “werk van het volk” – is in het christendom geen mysteriecultus die goddelijke waarheden in een geheimtaal moet verbergen. Liturgische teksten mogen gerust in een verheven taal geschreven zijn, maar de christelijke liturgie is er niet om te verhullen. Daarnaast gaat liturgie in het christendom van oudsher hand in hand met de catechese.
U verdraait trouwens Augustinus’ woorden. Die luidden: “Als je denkt iets van God begrepen te hebben, dan is dat wat je begrijpt in ieder geval niet God.” Dit gaat dus over de pretentie van sommigen uit zijn tijd die beweerden God te kunnen doorgronden. Dit slaat zeker niet op de liturgische teksten!
Het komt vreemd over als van alle commentaren, er niet één wijst op de centrale rol van het Gregoriaans, in de Tridentijnse liturgie van altijd. Ondanks de besliste toon der commentaren vraag ik me af in hoeverre deze scribenten zelf uit het hoofd kennen de vaste gezangen in het Latijn, of zonder tekst de vaste Latijnse gezangen kunnen meezingen. Daarnaast blijkt nergens in de commentaren het feit dat het Latijn de officiële liturgische taal is sinds paus Gregorius de Grote (590-604). Deze paus heeft de liturgie gesaneerd, en wist uit te sluiten de volkstaal en alle lokale gewoontes en fantasieën, die paus Franciscus juist wil bevorderen. “De geest” van het vervloekte V II concilie heeft, tegen de wil van de “concilie vaders”, de volkstaal geïntroduceerd, ter vernietiging van de traditionele kerk. Daar ging een lang proces van subversieve liturgische bewegingen aan vooraf. St. Pius X heeft ze niet kunnen uitroeien. Benedictus XV, vernietigde na zijn aantreden het modernisten personeel dossier in het Vaticaan. De wormen kwamen weer tot leven. Alle 19de en 20ste eeuwse pausen van voor het concilie, hebben gestreden tegen de herinvoering van de volkstaal. De volkstaal was en is de basis van alle liturgische misbruiken die gedurende een halve eeuw ergernis hebben gegeven. Paus Franciscus bevordert dit proces van ontbinding van de universele Kerk van Christus, door een stap verder te gaan en zelfs liturgische vertalingen in handen te leggen van lokale gemijterde schurken. Hij lijkt wel de anti-paus van St. Gregorius de Grote of van de latere St. Pius X (1903-1914). De Heilige Pius X, herstelde de ingeslopen inbreuken op het werk van Gregorius, en verwierp in de liturgie en in de theologie (bidden en denken zijn één) alle modernistische en mondaine invloeden. Niet alleen was hij gestreng in de theologische vorming der priesters, hij ontsloeg zonder dralen modernistische leraren theologie in de seminaries, maar hij streed ook tegen modernistische invloeden in de muziek en mondaine gebruiken, tot en met indecente kleding in de Kerk voor de vrouwen. Paus Franciscus is in alle opzichten zijn tegenhanger. Misschien moet de Kerk van Christus met hem eerst door het putje, voordat de opbloei weer een kans kan krijgen.
Veel traditionalisten menen – totaal onterecht – dat de Tridentijnse liturgie volgens de rubrieken van 1962 onveranderlijk tot ons is gekomen. Van de heilige Gregorius tot paus Johannes XXIII. Een blik op allerlei manuscripten toont het tegendeel aan. De kern van de oude Romeinse liturgie werd in de tijd van Karel de Grote verrijkt met heel wat gezangen en gebeden uit de Gallicaanse ritus (terloops: voor die tijd was de Romeinse liturgie heus niet de enige in de Latijnse Kerk). Laat het nu zo zijn dat heel wat van de Goede Week niet Romeins van oorsprong is. In de loop van de middeleeuwen groeide de liturgie verder. Er kwamen allerlei officies bij, gezangen, prefaties, tropen, sequentia’s… bij. Met Trente werd een bijzonder groot deel – naar mijn aanvoelen onterecht – van de soms ronduit mooie prefaties, sequentia’s en tropen er uitgegooid.
Met zijn Motu Proprio heeft de H. Pius X inderdaad een lans gebroken voor de zuiverheid van het gregoriaans en gewezen op de belangrijkheid en verheven ervan in de liturgie, maar hiermee heeft hij geen verbod ingesteld op andere muziekstijlen. In dezelfde tekst vermeldt hij ook de meerstemmigheid. Meer zelfs, hij onderstreept dat de Kerk zeker voorstander is van het verder ontwikkelen van de gewijde muziek, maar dan wel overeenkomstig bepaalde principes.
Inderdaad, religieuze teksten kunnen meezingen in de taal waarin ze geschreven zijn schenkt een diepe innerlijke vreugde die ik niet zou willen missen. Men moet de teksten wel voldoende kennen om niet naar de vertaling te moeten gluren.
Bijvoorbeeld het Magnificat van Bach, Messiah van Haendel en de Johannespassie (Duits) worden zo rustig gezongen en de muzikale begeleiding leent zich uitstekend om overwegend en mediterend te volgen. Veel moeilijker is psalm 111 Confitebor Tibi Domine van Monteverdi gezongen door sopraan Emma Kirkby vanwege de snelheid en het vraagt nogal veel tijd om die tekst in het Latijn te leren.
Maar men vergeet steeds weer dat de echte universele geestelijke taal de innerlijke taal is waar ook het hart altijd spreekt of zingt of bij gelegenheid bitterheid weergeeft.
De innerlijke taal is de enige die hoog boven oud Hebreews en Latijn verheven is en ons ook werkelijk weet te verheffen en zij is ook de enige taal die in de geestelijke wereld wordt gesproken in hel, vagevuur en hemel!
De Katholieke Traditie geeft hier tenminste volop opening naar, terwijl het modernisme nooit naar geestelijke verheffing streeft.
Volgens Lorber is die “katholieke Traditie” niet overeenkomstig het onderricht van Jezus. Lorber omschrijft de katholieke Kerk als “het nieuwe Babel”, “het beeld van de hoogste hoogmoed”… en nog meer van dat leuks. En voor het pausschap heeft hij deze “fijne” omschrijving: “de uiting van het nieuwe heidendom”.
U vergeet even dat Bergoglio en aanhang (en ook sommige vorige pausen) volledig beantwoordt aan die profetie.
Lorber heeft het over de Kerk uit zijn tijd.
– Ik heb niets tegen latijn in de liturgie, zeker niet als mensen bijeen komen uit diverse taalgroepen of landen. Of latijn op bijzondere feestdagen, zodat het duidelijk wordt dat men te doen heeft met een uitzonderlijke plechtigheid.
– Dit gezegd zijnde, ik versta graag wat ik te horen krijg … Het allerbelangrijkste is toch dat je weet wat God je te zeggen heeft. Pas dan kan je bidden rijker worden. Geloof is meer dan een gevoel ; het verstand komt er even goed aan te pas. Dus OK voor de volkstaal, als het gaat om verantwoorde teksten.
– In het middelbaar onderwijs moesten we met het schoolkoor latijnse gezangen inoefenen, om H. Missen op te luisteren. Ik had er niets op tegen, en het was plezant. Maar … we verstonden niet eens wat we aan het zingen waren. Toch niet zoals het zou moeten zijn.
De katholieke Kerk had een voorbeeld kunnen nemen aan de Koptische Kerk die in haar liturgie moeiteloos het oude Koptisch gebruikt naast het Arabisch. De overgang van de ene taal naar de andere heeft er niet voor gezorgd dat er geraakt werd aan de liturgie of aan de gebeden. Bij ons heeft de stap naar de volkstaal er echter toegeleid dat men naar hartelust is beginnen te experimenteren en te improviseren.
Ik hou wel van De gregoriaanse liturgie dat is toch iets bijzonder maar ook mooie liedjes of gebedenin de volkstaal zolang die natuurlijk in overeenstemming zijn met de ware leer. Het is wel waar dat men gemakkelijker eigen interpretaties kan toevoegen in de volkstaal dan in de klassieke talen. Zo Vertrouwde mij een collega die naar een eucharistieviering was geweest het volgende toe ‘ toen ik ter communie ging was het een vrouwelijke leek die mij de hostie gaf met de volgende woorden “de vriendschap van Christus” in plaats van het lichaam van Christus. Deze man is een doorsnee lauwe gelovige maar toch was hij zo verbouwereerd dat hij er de priester op aansprak .
Beste Jules, u hebt overschot van gelijk wanneer je de Tridentijnse Liturgie (die heilig is) verdedigd. O ja, de Heilige Paus Pius X! Als die er niet zou geweest zijn zouden we misschien nooit een Tridentijse Liturgie gekend hebben. Maar de Heer Jezus beschermd Zijn goed samen met de kleintjes die Hem werkelijk beminnen en die deze parel beschermen.
Ik zing thuis de latijnse gezangen van deze o zo mooie liturgie, ja uit het hoofd, soms ook in de auto, en dat voelt goed aan. Is er iemand (buiten enkelen) op dit forum, die zich ooit de moeite heeft gedaan om de Tridentijnse Liturgie naast de moderne te plaatsen om eens het verschil in diepgaande uitdrukkingen, smekingen, verheven gebeden, nederigheid, en verheffingen van God te kunnen vergelijken? Ik denk dat dan alle discutie over “ja maar dit en dat, en ….” zoals de heer Jan Van den Berghe zich zo vijandig tegen het heilige opstelt.
Ik citeer hier even (en zou het niet beter kunnen aanhalen) :
« Waarom de Latijse Mis ? » door Priester ‘Father’ Gommar A. DePauw.
Vrienden,
De belangrijkste dag in mijn leven, was de dag waarop ik priester werd gewijd. ‘Sacerdos in aeternum’ noemde de Kerk van het Rome het in die dagen. De dagen van Paus Pius XII. ‘Sacerdos in aeternum’ in het Latijn: “een priester voor altijd”… in élke taal. De avond voor mijn wijding ontving ik dit boek. De Latijnse titel luidt: “Missale Romanum” = “Romeins Missaal” = “Romeins Misboek”. En zoals het geval was met iedereen voor de Reformatie van het Tweede Vaticaans Concilie, de Paus incluis, alle kardinalen, alle bisschoppen en de meeste priesters van de dag van vandaag, zoals het het geval was met hen allemaal, vroeg de bisschop die mij zou wijden, om mijn linker hand op dit boek te leggen, om mijn rechter hand omhoog te steken en de volgende plechtige eed af te leggen: “Ik aanvaard vrijwillig en zonder voorbehoud alle apostolische en kerkelijke tradities van de Ene, Heilige, Katholieke en Apostolische Kerk van Rome en ik beloof, verklaar en zweer plechtig, al deze tradities te onderhouden en te belijden, onveranderd, tot de laatste ademtocht van mijn leven.”
De meest centrale en de meest heilige van al deze tradities is het Heilig Misoffer. De Mis van onze voorouders, de traditionele, Latijnse Mis. Soms ook wel de Tridentijnse Mis van Paus Pius V genoemd. Dit op verzoek van de Concilievaders die samenkwamen tussen 1545 en 1563 in de Italiaanse stad Trente, de Tridentijnse Stad. Het was op het verzoek van de Tridentijnse Concilievaders dat Paus Pius V ons de traditionele Latijnse Mis heeft gegeven zoals wij deze kennen en waar wij van houden. Neen, Paus Pius V introduceerde géén nieuwe Mis om naar zichzelf te vernoemen. Indien hij ook maar de minste poging ondernomen zou hebben om dat te doen, geen enkele van zijn opvolgers op de troon van Sint-Pieter zou ooit met de idee gespeeld hebben, om hem te canoniseren, als een officiële heilige van onze Kerk.
(vervolg zie volgende tekst)
Vijandigheid? Getuigt het van “vijandigheid voor het heilige” als ik stel dat de lezingen in de volkstaal tijdens een zondagsmis in een doorsnee parochiekerk naar mijn aanvoelen te verkiezen zijn boven die in het Latijn? Getuigt het van “vijandigheid voor het heilige” als ik opmerk dat de Tridentijnse liturgie een bouwwerk is van eeuwen en dat na Trente er flink wat waardevolle gebeden en gezangen sneuvelden? Getuigt het van “vijandigheid voor het heilige” als ik aangeef dat de centralisatie in de katholieke Kerk aanleiding heeft gegeven tot uit balans raken van eenieders verantwoordelijkheid in het behoud van de liturgie? Getuigt het van “vijandigheid voor het heilige” als ik meen dat het evenwicht op dat vlak veel beter werd behouden in de oosterse Kerken? Gtuigt het van “vijandigheid voor het heilige” als ik aangeef dat de Kerk van oudsher andere ritussen kent die in een andere taal worden gecelebreerd dan enkel de zogezegde “heilige talen, Hebreeuws, Grieks en Latijn”?
En dat is nu precies wat Paus Clemens XI deed in 1712, toen Paus Pius V uitgeroepen werd tot de Heilige Pius V, om voortaan de geschiedenisboeken binnen te gaan als de Paus van de Ware Mis en als de Paus van de Rozenkrans. De Mis en de Rozenkrans, de échte Mis en de Rozenkrans, wat een onoverwinnelijke combinatie. Laat mij het nog eens herhalen, de Heilige Pius V introduceerde géén nieuwe Mis, maar alles wat hij deed, was het verwijderen, uit de toen bestaande Latijnse Mis, de lange devotionele gebeden die op eigen initiatief, door de eeuwen heen, door goed bedoeldende, maar soms overdreven devote bisschoppen en priesters werden toegevoegd aan de Mis die zij hadden overgeërfd.
De stevige interventie van de Heilige Pius V probeerde géén Novus Ordo, géén Nieuwe Orde Mis, aan de Kerk op te dringen, maar probeerde de Oude Mis terug te brengen in haar gewijde eenvoud. Deze Oude Mis is zo oud, dat sommige van haar ceremonies en gebeden teruggaan op de dagen van Onze Lieve Heer en Zijn Discipelen én de Romeinse catacomben, waar de eerste Latijnse Missen werden opgedragen, 1900 jaar geleden. Missen de niet op tafels gecelebreerd werden, maar op de tombes, de stenen graven van de martelaren. De martelaren, de eerste leden van de Kerk, deze prachtige mannen en vrouwen, deze prachtige jongens en meisjes, die het martelaarschap verkozen boven het verraad of het compromitteren van hun en onze overtuigingen.
De Apostolische Constitutie door dewelke de Heilige Paus Pius V de originele, Latijnse Mis terugbracht, is gedateerd 14 juli 1570. En zoals alle Pauselijke documenten is deze Constitutie gekend door haar eerste Latijnse woorden, in dit geval: Quo Primum. De gehele tekst werd een integraal onderdeel, op de eerste bladzijde in feite, van het officiële Romeinse Missaal, dat dezelfde Paus tot in de eeuwigheid en voor altijd verordende als zijnde het enige Misboek dat vanaf dan te gebruiken was om de Heilige Mis te celebreren. Het is zeer zeldzaam in de gebeurtenissen van de geschiedenis, wanneer een Paus ondubbelzinnig aan de wereld verkondigt, dat hij de volheid van zijn Apostolische autoriteit gebruikt, als de opperste priester van de Kerk van Christus, om een decreet uit te vaardigen, dat iedereen tot in de eeuwigheid en voor altijd bindt, terwijl hij hen bedreigt die het zouden wagen om het decreet te overtreden, niet enkel met excommunicatie van de Kerk, maar met Gods Eigen wraak. Zo een uitzonderlijk decreet was het document van de Heilige Paus Pius V dat ging over de traditionele Latijnse Mis. En ik citeer, letterlijk vertaald van de Latijnse tekst hier voor mij:
“Wij stellen door dit wettig decreet, geldig tot in de eeuwigheid, vast en Wij verordenen, dat in de toekomst niets toegevoegd, verwijderd of veranderd mag worden in dit Missaal. Nooit zal een priester in de toekomst gedwongen kunnen worden om op een andere manier de Mis te lezen. En om voor eens en altijd zonder een zweem van onrust van het geweten, en zonder in welke straffen, veroordelingen, berispingen of verwijten ook te vallen, die als gevolg daarvan op een of andere manier van kracht zouden kunnen worden; veeleer kan men daarvan immer een vrij en toegestaan gebruik maken en is men daartoe gerechtigd. Geen enkele bisschop, ambtsdrager, kanunnik, kapelaan of andere seculaire priester van welke naam en titel ook, en geen enkele ordegeestelijke uit welke van dergelijke gemeenschappen ook, mag verplicht worden de Heilige Mis anders te celebreren dan door Ons is vastgesteld. Zij mogen ook niet, door wie dan ook, er toe gedwongen en genoodzaakt worden dit Missaal te veranderen. Ook kan dit ter tafel zijnde schrijven nooit en in geen enkele tijd worden herroepen of beperkt. Wij bepalen en verklaren veeleer op dezelfde manier, dat het voor immer vast in zijn onverstoorbare geldige kracht blijft bestaan. Zo is het dan aan helemaal geen enkele onder de mensen toegestaan deze oorkonde, die Onze toestemming, Onze vaststelling, Onze verordening, Onze opdracht, Ons bevel, Onze goedkeuring, Onze concessie, Onze verklaring, Onze wil, Ons besluit en Onze strafbepaling inhoudt, te ontkrachten of zich tegen haar in schandelijke vermetelheid te verzetten. Wanneer iemand zich echter zou aanmatigen tot afval daarvan te verleiden, zo wete diegene, dat hij op het punt staat het misnoegen over zich af te roepen van de Almachtige God alsook van Zijn Heilige Apostelen Petrus en Paulus.”
(vervolg hier beneden)
Als Pius V met de codificatie van de Romeinse mis wordt neergezet als “de paus van de ware mis”, dan houdt dat schijnbaar in dat alle andere ritussen schijnbaar niet “waar” zijn. Telt de Byzantijnse ritus dan niet? De Armeense? De Koptische? En nog vele andere? Dit lijkt me toch nogal scherp door de bocht.
Peter, hoe vreemd het ook klinkt, maar de liturgische taal van de eerste christenen van Rome was niet het Latijn, maar het Grieks. Clemens van Rome, opvolger van Petrus, schreef zijn brieven in het Grieks. Heel wat grafschriften van de eerste christenen zijn in het Grieks. Pas met Cornelius vinden we het eerste epitaaf in het Latijn. De eerste Latijnse christenheid situeerde zich niet in Rome, maar in Noord-Afrika.
Vrienden, het is op gezag van de Apostolische Constitutie Quo Primum, en staande op de stevige dogmatische, morele en canonieke gronden die dit decreet biedt, en als een voormalige professor aan het groot-seminarie en als theologisch en canonieke adviseur (peritus) in Rome tijdens het Tweede Vaticaans Concilie, zou ik in staat moeten zijn om zulke documenten correct te evalueren. Het is op basis van deze Apostolische Constitutie, voor altijd bindend, dat ik de traditionele Latijnse Mis vandaag de dag nog celebreer op dezelfde manier als toen ik ze voor de eerste keer celebreerde, bijna een halve eeuw geleden, toen mijn Moeder de Kerk en al Haar priesters, dit uniek, bilateraal bindend en onherroepbaar privilege gaf, een privilege en een contract dat ik met Gods Genade hoop te vervullen, en ernaar te leven, zoals ik plechtig zwoer, tot de laatste ademtocht van mijn leven.
Laus tibi Christi +
Ave Maria +
Prachtige aanvulling, compleet met alle deskundige info om een volledig beeld te krijgen van de Tridentijnse Heilige Misoffer. De vaste gezangen, beste Peter, ik ken ze uit mijn hoofd en zing ze zachtjes, regelmatig op onbewaakte ogenblikken. Het Sanctus en het Salve Regina zijn de uitstekers. De teksten geven zo’n formidabele rust en steun, vooral op momenten van nood en ziekte. Wonderlijk, maar dan in de letterlijke betekenis. Helaas, hen, die niet vertrouwd zijn met het Heilige Misoffer van altijd, staan te ver weg om dat te kunnen begrijpen. Op dit katholieke forum lijkt het of we praten tegen een stenen muur. Horende en lezende, maar doof en blind voor het wekelijkse wonder van de gezongen Tridentijnse Hoogmis, de grootste genade door Ons Heer gegeven, 2017 jr terug in de tijd, tijdens het Laatste Avondmaal, voordat Hij begon aan de Lijdensweg. Voorts, door de Apostelen doorgegeven en nadien, via alle pausen en bisschoppen, 1965 jaren lang, tot ons gekomen, tot de breuk van het V2 concilie en de “geest” erna eind jaren 1960 en de jaren1970. Denken en bidden kwamen in een zelfvernietigend, revolutionair vaarwater, de grootste ramp sinds het Arianisme in de 3de en 4de eeuw. Het deksel ging er af, relativisme werd maatstaf en de duivel kreeg vrij spel. De door Moskou, vanaf de jaren 1920, gefinancierde joodse, revolutionaire, “Frankfurter Schule” van Horkheimer, Marcuse, Adorno e.a., kon maatschappelijk doorbreken, op basis van Gramsci’s uitgangspunten van het culturele marxisme, ter corruptie van de hoofden en harten in het Westen. Marcuse en Cohn-Bendit e.a. creëerden het revolutie jaar “1968”, in Parijs. Dit bracht talloze zielen van de jongere generaties van toen, aan het dolen, inclusief de clerus. Hen ontbrak de weerstand tegen het uitgedragen V2 relativisme en door het opdrogen van de genade gevende brandstof van de wekelijks gezongen Tridentijnse Hoogmis in alle parochies in het Westen. In totale verwarring, kwamen zij droog te staan. Een analyse van zelfvernietiging, veroorzaakt door de hoogste hiërarchie van de clerus van toen, die de duivel vrij baan gaf. Die van nu wil, helaas, niets weten van wijken van een desastreuze weg.
De worm zat al lang in het hout. Lang voor het laatste concilie en dus al lang voor de invoering van de nieuwe mis of de zondvloed aan groteske diensten in onze kerken. Het modernisme had zich al diep in de West- en Noord-Europese geestelijkheid genesteld, ondanks de toen nog algemene aanwezigheid van de Tridentijnse mis.
Jules, het lijkt er sterk op dat u geen onderscheid weet te maken tussen ritus en tussen misoffer. De mis kan naar verschillende ritussen opgedragen worden: niet alleen de Tridentijnse, maar ook de Byzantijnse, Chaldeeuwse, Armeense, Koptische, Maronitische, Syrische… De Kerk heeft nooit geleerd dat de ene ritus lager of hoger staat. Alle geven uitdrukking aan het geloof in Jezus’ onbloedig offer. Er is natuurlijk niets verkeerd aan het feit dat uw persoonlijke spiritualiteit schijnbaar het best aansluit bij de Tridentijnse, maar dat betekent niet dat de andere ritussen minderwaardig zouden zijn.
Over die andere katholieke, geldige ritussen heb ik niets gezegd, beste Jan ; maar we leven hier in het Westen, met het geloof van de katholieke Kerk van altijd, en dus ook met de Tridentijnse ritus van altijd, plus alle overige liturgische handelingen van altijd. U betrekt daarbij ter vergelijking, telkens de Armeense, de Maronitische, Chaldeeuwse, Koptische, Orthodoxen, enz.. Ik mis uw point. Wij zijn geen kopten, noch armeniër, of maroniet enz.. Wij zijn, geloven, denken, wonen, werken, schrijven, doen en laten in NL en zijn gebonden aan NL in West-Europa, een niet onbelangrijk deel van -, zelfs het hart, van de Christelijke beschaving. Zij heeft het Westen gevormd met uitlopers in de hele wereld, en daarom ligt zij “onder dekkend vuur”, sinds 1962, dat komt uit de hel.
Met de door U geduide geloofsgemeenschappen, beste Jan, onderhoudt de Kerk van altijd, nauwe relaties, maar wij hebben niets met hen te maken. Zij zijn zo verstandig geweest om niets te veranderen aan wat ze al eeuwen doen. Vermoedelijk kunnen joden bij hen geen carrière maken in hun kerkgemeenschappen. Dat kon ook niet in de westerse katholieke Kerk van altijd, in de Gouden Middeleeuwen. Maar sinds de Reformatie (1546) en de Franse revolutie van 1789, die de revolutionaire joden uit hun status aparte bracht met gelijke burgerrechten, is die beschermende grens verdwenen. De joodse natie is niet te “assimileren”, de Russen hebben een enorme tol betaald met 20 tot 50 miljoen slachtoffers van de joodse communisten in de Sovjet Unie. Deze natie is de “synagoge van satan” (Ap. 2:9,3:9), “alle mensen vijandig” (1 Tess. 2 :15) en hun “vader is de duivel” (Joh. 8, 43-59), (Mt.23).
Al tweehonderd jaar trekken we van de Franse revolutie, de vreselijkste gevolgen met oorlogen, revoluties en crises. De meest fatale slag werd toegebracht in1962, de start van het concilie. Daarop kon zonder hindernissen volgen, de revolutie van het cultuurmarxisme, “mei 1968”, in Parijs.
De patriarch uit Moskou, indertijd, heeft de joodse vrijmetselaar Montini, alias Paulus VI, zelfs een smeekbrief geschreven om niets te veranderen aan de liturgie van altijd. En dit kwam van een geestelijke die toen werkte voor de KGB. Hij voorzag het meest dodelijke gevaar : verandering van de liturgie van altijd, het Tridentijnse heilig Misoffer, vernietigt het meest sacrale moment in de ontmoeting met God, voor iedere gelovige en geestelijke. Dat werd een protestante tafeldienst, ’ter herinnering aan’. Dit is wat er gebeurd is, beste Jan, en dat staat los van al die anderen die, gelukkigerwijs, dat niet gedaan hebben. Bij hen krijgen marranen geen kans.
Onze taal is inderdaad het Nederlands. Dan is het ook een goede zaak dat er in parochiaal verband een evenwicht wordt gezocht tussen Latijn en onze volkstaal, het Nederlands.
En natuurlijk hebben we wel iets te maken met de oosterse katholieken. Meer zelfs, wij hebben heel veel met hen te maken: wij delen hetzelfde geloof. Dat is nog altijd veel belangrijker dan onze etnische verbondenheid of de historische en persoonlijke gehechtheid aan een ritus.
J.Lorber beschrijft ritussen van velerlei volkeren op andere planeten die elk naar hun aard de hoogste eer geven aan God en dus kan hij geen argumenten aanvoeren tegen de Tridentijnse H.Mis, maar uniek op deze planeet zitten er altijd wormen in alle hout dus heeft hij het volste recht daar opmerkingen over te maken in Goddienend en zielenreddend belang, dat maakt hem tot profeet en het is niet Lorber die het modernisme verkondigt en evenmin zal hij ooit Katholieken van Christus wegleiden hetgeen onze paus Bergoglio en bisschoppen wel doen. De Katholieke Kerk is nog altijd de meest verheven kerk van deze planeet daar kan geen mens aan twijfelen en daar kan nauwelijks een alternatief voor gevonden worden. Katholieken werden van de Kerk weggeleid door Haar eigen geestelijken en juist toen vanaf 1982 verschenen de vertalingen van Lorbers werk, daar kan niemand meer iets aan verhelpen! Ik ga nog steeds met de grootste overtuiging naar de Tridentijnse H.Mis sedert ik in 2013 zeer verheugd ontdekte dat dit nog steeds kan!
Beste Heer Jan Van den Berghe,
Alhoewel ik niet kan begrijpen dat u de vele malen herhaalde moeite van goede zielen en mijzelf, om u op het juiste pad te brengen, u steeds niets aanvaard van wat er onveranderd door de ware éne Rooms Katholieke en Apostolische Kerk van de Heer Jezus onderwezen is, lijkt u weerspannig en koppig te volharden in een negativisme.
Weet dan dat wij u (en anderen) dit willen bijbrengen uit liefde tot Jezus en Zijn H. Kerk, omdat u Hem u zieltje zou kunnen teruggeven. Weet ook dat het modernisme een synthese is van alle ketterijen en dat deze u (en velen, spijtig genoeg) regelrecht naar de hel leiden.
Weet dan ook dat al die ongelukkigen die buiten de H. Katholieke Kerk zijn, geen deel aan het bruiloftsmaal van het Lam zullen hebben, ze zullen in de duisternis terecht komen.
Protestanten, modernisten en allen die de ware K. Kerk verachten zijn zoals tijdens de visvangst van tonijn vis.
De vissers gooien hun netten in zee in een hele grote kring uit, zodanig dat de tonijnen niet in paniek raken.
Deze netten worden ook niet aangetrokken en opgehaald. De tonijnen zitten gevangen, maar ze beseffen het niet.
Op het ogenblik dat de vissers het beslissen, worden scherpe haken in hun lijf geslagen en één voor één in het ruim van het schip opgeslagen. Dan beseffen de tonijnen pas dat er geen ontsnappen meer mogelijk is.
Zo ook geeft Satan de indruk aan modernisten, protestanten, islamieten, joden, hindoes, boeddhisten, atheïsten, en vele andere sekten, een vals gerust geweten, tot op de dag van de ophaling van de vangst, één voor één, HAP …. en het is te laat, VOOR ALLE EEUWIGHEID TE LAAT!
Er is niets belangrijker in dit aardse verblijf dan de uiteinden van het leven. Uw eeuwig geluk of uw eeuwige gruwel.
Iedereen kiest zelf hiervoor!
Ziet u dan niet in dat wij u willen helpen? Alleen een liefdevol hart dat in alle nederige liefde aanschouwt wat de Heer Jezus alles geleden heeft, en aan Zijn ware schatkist = de ware éne Rooms Katholieke en Apostolische Kerk, tot zelfs Zijn Allerbeminnelijkste Moeder toe, heeft geschonken om na deze aardse strijd de onuitsprekelijke liefdeskroon uit Zijn liefdevolle Heilige Handen te ontvangen.
Verwerp de goede raad niet die u hier gegeven wordt, want als je dat blijft doen verwittigt Jezus u met de woorden: “Doch Ik zeg u: Zo wie te onrecht op zijn broeder toornig is, die zal strafbaar zijn door het gericht; en wie tot zijn broeder zegt: Raka! die zal strafbaar zijn door den groten raad; maar wie zegt: Gij dwaas! die zal strafbaar zijn door het helse vuur.” (Mat. 5:22).
Als jij Jezus werkelijk lief hebt, kom dat tot het besef dat de K. Kerk van altijd (zonder V2) de enige weg is en op uw beurt breng Hem veel zieltjes. Dat is het enige dat Jezus gelukkig maakt en u erbij!
U bent hartelijk uitgenodigd (en anderen eveneens) om ons te vervoegen in deze strijd voor de redding van velen.
Wij openen ons hart voor u! Verwerp het niet a.u.b.
Moge de Allerheiligste Moeder van de Kerk en Moeder van Onze Zaligmaker Jezus Christus voor u en anderen deze genade bekomen (maar u moet ze wel aanvaarden). Amen
Laus tibi Christi +
Ave Maria +
Wel, Peter, leg me eventjes uit welk pad ik dan wel verlaten heb en waar u dat “negativisme” blijkt te kunnen ontwaren? Betekent liefde tot Jezus en Zijn Kerk dat we onnadenkend meestappen in complottheorieën, dat we iedereen verketteren die niet mee gaat in de eigen denkrichting? Daar lijkt het bij sommigen alvast heel sterk op. In uw bericht komt weer eens de hoogmoed zo duidelijk naar voor als zo u weten welk oordeel God zal vellen over ieder mens. Het komt niet aan ons te oordelen over het eindoordeel van iedere protestant, moslim, boeddhist… Dit oordeel behoort enkel God toe. Wel kunnen we vanuit het leergezag van de Kerk oordelen over het protestantisme, de islam, het boeddhisme.
Het dogma is (en dogma betekent verplicht te geloven indien men wil gered worden) buiten de Kerk geen heil. Als u dat weer gaat betitelen als ‘oordelen en veroordelen’, dat is uw probleem.
Ik heb getracht u te helpen, maar tevergeefs denk ik.
Ik zal u niet meer lastig vallen, dat is beloofd.
Doet u maar ….
Wel, Peter, ik stel vast dat u niet ingaat op mijn vraag naar enige duiding over dat “negativisme” waarover u me meent te mogen en kunnen afrekenen. Eveneens komt uit uw bericht heel duidelijk naar voor dat het niet tot u doordringt dat God soeverein is in Zijn oordeel. En hierdoor ontgaat u de werkelijke zin van “buiten de Kerk geen heil”, want Gods gerechtigheid staat niet haaks op Gods heilsplan met Zijn Kerk.
U doet er goed aan eens het artikel te lezen dat professor-magister E.P. Van der Ploeg OP over dit onderwerp heeft geschreven. “Buiten de Kerk geen heil”, vele jaren geleden verschenen in Katholieke Stemmen. Het is een lang artikel, maar de samenvatting op het einde tekent heel duidelijk de lijnen uit. De lijnen zoals de katholieke traditie “buiten de Kerk geen heil” verstaat. En die lijnen komen overduidelijk niet overeen met wat u ervan hebt gemaakt.
https://www.ecclesiadei.nl/docs/buitendekerkgeenheil.html
Nog een nabrander, beste Jan. Onze “Peter” hier op de webstek, die zo zijn best doet eea. te verduidelijken tot heil van ons allen, is zelf priester en geschoold theoloog. Dus ten eerste gaat het om “Eerwaarde Peter”, en ten tweede dient men in alle nederigheid en respect, een geestelijke te woord te staan, ook al is dat soms moeilijk. De geestelijkheid heeft een opdracht als leraar, namens de Kerk, hij is niet ons gelijke. Wij zijn geen “maten”, we gebruiken met hem geen voornamen, uit eerbied voor het ambt. Zijn oorsprong gaat terug tot Petrus, die zelf aangesteld is door Christus. Manco’s op dit vlak, zijn vaak gevolg van de modernistische basis insteek dat het volk Gods, zelf op Gods troon zit. Modernisme komt neer op egocentrisme. In de V2 liturgie komt dit tot uiting door de priester die, omgedraaid, met het gezicht naar het volk, de NOM liturgie uitvoert. Hij is niet meer op God gericht, in dezelfde richting als de gelovigen.
Frappant, ter vergelijking, het moderne jodendom heeft dezelfde omkering gemaakt met de opkomst van het zionisme. De Messias wordt niet meer verwacht, zij zijn het zelf, zij hebben zichzelf benoemd tot Messias.
Is “Peter” een priester? Indien van wel, dan had ik daar totaal geen weet van. Misschien werd dat hier ergens op de website al eens bevestigd en heb ik het niet gezien?
Jules, het gaat niet om Peter, ongeacht of er E.H. voor zijn naam staat of niet. Het gaat om wat “buiten de Kerk geen heil” betekent. En daartoe heb ik naar een artikel van – laat ik dan maar doen zoals u deed – EERWAARDE Pater Van der Ploeg OP verwezen. En deze EERWAARDE pater is niet zomaar de eerste de beste. Leest u maar eens het volgende artikel over deze man:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Jan_van_der_Ploeg_(priester)
Priester Peter? Misschien gaat het om pr. Peter van de Kerckhove. Gevormd in Ecône. Daar ook gewijd, maar die nadien toch een aantal watertjes heeft doorzwommen: Priesterbroederschap Sint-Pius X, daarna Priesterbroederschap Sint-Petrus om dan na wisselende contacten te eindigen als een soort freelancer. Wel waardering voor de man, ook omdat hij voor zijn eigen inkomen zorgt. Naast priester oefent hij ook nog een andere dagtaak uit.
De enige weg tot heil, beste Jan, is die van de Traditie, die van de Kerk van altijd, zonder dat vervloekte V2 concilie, en de “geest” erna, die de gelovigen de NOM “tafeldienst” gebracht heeft en het Heilig Misoffer van altijd, hen heeft ontstolen, met alle desastreuze gevolgen van dien ; “een goede boom draagt geen slechte vrucht” en “aan hun vruchten dus zult gij ze kennen” (Mt. 7, 17-20). Nogmaals, modernisten zijn ziende blind. Het modernisme is de synthese van alle ketterijen (St. Pius X). De Kerk van altijd, heeft er tallozen gekend, in twee duizend jaar. Ook deze van binnenuit, vanaf de hoogste hiërarchische niveaus, zal overwonnen worden.
– De uitspraak “buiten de Kerk geen heil” werd sedert Vaticanum II toch duidelijker gespecificeerd. God/Christus is voor alle mensen gekomen, en biedt nu zijn genademiddelen aan binnen de Kerk. Aan ons om ervoor te kiezen en God niet af te weren.
– Maar neem nu de zeer talrijke mensen die geleefd hebben vóór de komst van Christus en de stichting van de Kerk. Ook onder hen zullen er veel geweest die toch het heil verworven hebben, door de stem van hun geweten te volgen en God te zoeken binnen hun mogelijkheden.
… Ik heb niets tegen het Latijn, maar denk dat op het allereerste misoffer, dat van het laatste avondmaal, geen half woord Latijn gesproken werd.
… Variatie moet er zijn, als men maar aan de inhoud van het H. Misoffer trouw blijft.
… Dat men goede Nederlandse liturgische teksten maakt, en er dan met de pollen afblijft. Aberraties ontstaan pas als men het beter wil weten dan Christus’ Kerk.
Waardige liturgie in het Nederlands is mogelijk. Je moet maar eens een dienst bijwonen in het orthodox klooster van Pervijze. Gedegen, getrouwe vertalingen. Voor het overige volledig trouw aan het typikon (ordo) van de Russisch-orthodoxe Kerk. Het kan dus. Dan vraag ik mij af waarom men die stap niet in de katholieke Kerk heeft kunnen zetten.
Moderne priesters zijn feitelijk occulte spelletjes aan het spelen, misschien moet men daar eens een boekje over openen. Vanaf 2012, na 50 jaren , begon ik weer naar de –moderne– mis te gaan en het blijkt dat veel moderne priesters zo trots zijn op hun bijzondere talenten die zij zo graag tentoonstellen dat men hen occultisten moet noemen. Maar nu, sedert 2014, na drie jaren Tridentijnse H.Mis, valt het me op dat traditionele priesters absoluut integer zijn.
Door het Latijn te handhaven krijgen geestelijke misbruiken geen schijn van kans want er bestaat niet het minste gevaar dat men willekeurige dingen zou toevoegen op momenten dat dit opportuun lijkt.